Actueel

De 5 Stappen van een degelijk Risicobeheerssysteem in relatie tot de nieuwe ISO 14001.

In onze blog over het risicogebaseerd denken in ISO 14001, hadden we aangegeven, dat we nog dieper zouden ingaan op het “risicobeheerssysteem” zelf. Hierbij dus…

 

In deze blog hadden we gezegd dat één van de kerneisen is voor zowel ISO 9001 als ISO 14001, dat er risicogebaseerd moet worden gedacht in het opzetten en beheren van het managementsysteem.

 

Risico gebaseerd denken verzekert dat risico’s worden beschouwd doorheen het hele management systeem. Door risico gebaseerd te denken zullen risico’s en kansen op een gestructureerde wijze aangepakt worden. Om er zeker van te zijn, dat dit op een gestructureerde manier gebeurt, kan er referentie gehaald worden in de standaard rond het beheersen van risico’s.

Binnen ISO wordt het risicobeheerssysteem omschreven in de ISO 31000 standaard. In zowel ISO 14001 als 9001 wordt niet rechtstreeks naar de ISO 31000 geattendeerd, maar er wordt wel naar verwezen in de “Bibliography”.

Let op! Deze norm gaat dus over risicobeheer (Risk Management) en niet over risicobeoordeling (Risk Assessment)!

Deze blog zal het hebben over welke stappen er volgens de norm moeten genomen worden om een succesvol risicomanagement te introduceren. Ook zullen we het hebben over de manier waarop het risicogebaseerd denken in de ISO 14001 zit verweven, als dit proces wordt gevolgd. Omgekeerd zullen we ook bespreken wat aan het milieubeheerssysteem kan toegevoegd worden opdat de risicobeheersing in lijn zou zijn met de ISO 31000.
industrie-risico-iso-14001

 

Het risicobeheerssysteem volgens ISO 31000 bestaat uit 5 stappen:

Vooraf: Communicatie en consultatie

Communicatie en consultatie met interne- en externe belanghebbenden speelt doorheen het hele proces van het risicobeheerssysteem: van het identificeren van de risico’s tot het voorstellen van de maatregelen om de risico’s te beheren en de bepaling of deze voorgestelde maatregelen voldoende zijn.

Het is dus belangrijk dat alle betrokken partijen in de verschillende stadia worden betrokken bij het risicobeheerssysteem zodat zij de juiste input kunnen geven in het proces en het voor hen ook duidelijk is wat hun eigen verantwoordelijkheden zijn!

Best wordt hiervoor een communicatie- en consultatie plan wordt opgemaakt. Onze ervaring leert dat dit op een eenvoudige manier met een communicatiematrix kan gebeuren.

In de ISO 14001 norm worden de vereisten rond communicatie gegeven in 7.4.2 en 7.4.3. Deze communicatie moet zowel intern als extern gebeuren. In het kader van het “risicogebaseerd denken” is het daarom niet meer dan logisch om de informatie uit het risicobeheerssysteem mee te integreren in de communicatie rond het milieubeheerssysteem.

  1. De context (=stap 1)

Over het vaststellen van de context in een milieubeheerssysteem hebben we reeds een eerdere blog gewijd. Wij verwijzen graag naar deze.

Bij het vaststellen van de context van het risicobeheerssysteem in relatie tot het milieubeheerssysteem, mag men logischerwijze veronderstellen dat het over één en dezelfde context kan gaan. Volgens ISO 31000 worden verschillende vereisten gesteld, die in het ISO 14001 systeem rechtstreeks of onrechtstreeks onder “Planning” vallen: zoals daar zijn:context

  • De wettelijke vereisten
  • De objectieven
  • De scope
  • De middelen
  • De verantwoordelijken
  • Het gezag
  • Identificeren en specificeren welke beslissingen moeten genomen worden

 

Wat echter niet specifiek wordt vereist volgens de ISO 14001 norm is:

  • Bepaling van de risicobeoordelingstechniek
  • Op welke manier de prestaties en effectiviteit van het risicobeheersysteem zullen worden geëvalueerd (dit is verschillend van de bepaling van de prestaties en de effectiviteit van het milieubeheerssysteem).
  • Bepaling van de risicocriteria: alhoewel hiermee al op rechtstreekse en onrechtstreekse manier wordt rekening gehouden bij de bepaling van de context van het milieumanagementsysteem, moet er in ieder geval met volgende factoren ook rekening gehouden worden:
    • Hoe wordt de waarschijnlijkheid gedefinieerd?
    • Hoe wordt het risiconiveau bepaald?
    • Wanneer wordt een risico aanvaardbaar?
    • Moet er een mogelijke combinatie van verschillende risico’s beschouwd worden.
  1. De risicobeoordeling (Risk Assessment)

 De Risicobeoordeling is het algehele proces van Risico-identificatie, Risicoanalyse en risico-evaluatie

a. Risico-identificatie (= Stap 2)

Deze risico-identificatie houdt in, dat er wordt gezocht naar:

  • Risicobronnen
  • Plaats van de impact
  • De mogelijke gebeurtenissen (evenementen), die tot zo’n impact kunnen leiden.
  • De mogelijke consequenties van de impact

De bedoeling van deze stap is, dat er een uitgebreide lijst van risico’s  wordt gemaakt, gebaseerd op de mogelijke gebeurtenissen, die een invloed op de verwezenlijking van de doelstellingen kunnen hebben.

Als de planning voor het milieumanagement systeem wordt opgemaakt in lijn met de voorschriften van ISO 14001: 2015, dan zullen deze elementen automatisch in de planning aanwezig zijn.

ISO 31000 vereist dat er risico-identificatietechnieken zouden toegepast worden, die in lijn zijn met de objectieven, de mogelijkheden, en de te verwachten risico’s.

In feite wordt daar zo wie zo aan voldaan bij de invulling van:

  • De studie rond de mogelijke “Aspecten en Impacts”
  • Het wetgevingsregister
  • De context van de organisatie.

Opmerking: Het niet uitvoeren van een geïdentificeerde kans is eigenlijk ook een risisico en kan dus op dezelfde manier verder behandeld worden.

b. Risicoanalyse (= Stap 3)

De risicoanalyse is de input voor de risico-evaluatie en of een risico moet behandeld worden en op welke manier.

Risicoanalyses houden de inachtneming in van de oorzaken van het risico, de positieve of  negatieve gevolgen en de waarschijnlijkheid dat de gevolgen kunnen plaatsvinden. Dus de factoren die het gevolg en de waarschijnlijkheid kunnen beïnvloeden worden bepaald in de risicoanalyse

Wat is een ernstig gevolg, wat is een te verwaarlozen gevolg; wat is heel waarschijnlijk en wat is onwaarschijnlijk… dit zijn zaken, die worden vastgelegd in de risicocriteria (zie boven).

Ervaring leert dat het soms moeilijk is (en in ISO 14001 is dit zeker het geval) om een cijfertje te kleven op deze gevolgen (en dus de ernst) en op de waarschijnlijkheid. Bijvoorbeeld, zo riskeert men dat risico’s, gelinkt aan het niet uitvoeren van kansen op de achtergrond verdwijnen als deze op een zelfde manier worden gewogen als een reëel negatief risico. Tijdens sessies waarin in teams de planning voor een milieumanagementsysteem werd opgesteld hebben wij meermaals mogen ondervinden, dat het vrij eenvoudig was om binnen een zekere consensus te gaan bepalen of een risico hoog of laag is, zonder eigenlijk het effect en de waarschijnlijkheid afzonderlijk te gaan “wegen”.

Kan dit?

  • Ja dit kan! Wij baseren ons voor dit antwoord op de norm ISO 31010:

Deze norm behandelt de verschillende risicobeoordelingsmethoden. Bij de qualititatieve beoordelingsmethode wordt gezegd:

“Qualitative assessment defines consequence, probability and level of risk by significance

levels such as “high”, “medium” and “low”, may combine consequence and probability, and evaluates the resultant level of risk against qualitative criteria.”

Dus het is mogelijk om gevolg en waarschijnlijkheid te combineren. Belangrijk is dat de “kwalitatieve criteria” worden bepaald, zodat het risico tegenover deze bepaalde criteria kan worden gewogen.

c. Risico-evaluatie (= Stap 4)

De bedoeling van de risico-evaluatie is om de gepaste beslissingen te gaan nemen, gebaseerd op de uitkomsten van de risicoanalyses. De uitkomsten van de risicoanalyses moeten dus getoetst worden aan de criteria, zoals bepaald in de vaststelling van de context. Hieruit kan dan de nood voor een behandeling overwogen worden.

In sommige omstandigheden kan de risico-evaluatie besluiten date r verder risico-onderzoek moet gebeuren. De  risico-evaluatie kan zelfs doen beslissen dat om het risico niet te verder behandelen, dan het in standhouden van de bestaande maatregelen.

Deze beslissing zal worden beïnvloed door de houding van de organisatie tegenover risico’s en door de criteria, die in de context warden bepaald.

  1. Risicobehandeling (= Stap 5)

    Vooraf:

    De opties voor de risicobehandeling kunnen het volgende inhouden:

a) het vermijden van het risico door de activiteit die aanleiding geeft tot het risico te stoppen;

b) het risico nemen of zelfs verhogen door een aangeboden kans na te jagen

c) het verwijderen van het risico aan de bron;

d) het veranderen van de waarschijnlijkheid;

e) het veranderen van de gevolgen;

f) het delen van de risico’s met een andere partij of partijen (gedeeld risico)

g) behoud van de risico’s door weloverwogen beslissing.

Selectie van de risicobehandelingsopties

Bij de keuze van de beste risicobehandelingsoptie, zal er een afweging moeten gemaakt worden van de kost en de inzet tegenover de voortvloeiende  voordelen.

Het risicobehandelingsplan moet duidelijk prioriteiten stellen. In de ISO 14001, betekent dit dus dat er bij de acties, die worden opgelijst in de planning, prioriteiten moeten bepaald worden.

Monitoring moet integraal deel uitmaken van het risicobehandelingsprogramma, om er zeker van te zijn, dat de genomen maatregelen effectief blijven.

 

Opmaken van de planning

Als de planning, zoals bepaald in de ISO 14001:2015 wordt opgesteld in de geest van het risicobeheerssysteem zoals in ISO 31000, moet dit plan dus ook minstens volgende elementen bevatten:

⎯ De reden waarom voor een bepaalde optie wordt gekozen

⎯ Wie is verantwoordelijk om het plan goed te keuren en wie is verantwoordelijk voor de uitvoering

⎯ De voorgestelde acties

⎯ Welke zijn de vereiste middelen en wat zouden de onvoorziene uitgaven kunnen zijn

⎯ Hoe de prestaties te meten en welke de belemmeringen zouden kunnen zijn;

⎯ Vereisten voor rapportering en monitoring

⎯ Timing

Natuurlijk moet de planning worden besproken met de belanghebbenden.

 

Beleidsmakers en belanghebbenden moeten bewust gemaakt worden van het soort en de grootte van het restrisico, nadat het oorspronkelijk risico is behandeld.Dit restrisico moet gedocumenteerd zijn en moet blijvend worden  onderworpen aan monitoring, aan verdere review en waar mogelijk, eventuele verdere behandeling.

In ISO 14001 is de periodieke management review hiervoor een ideaal medium.

 

Achteraf: Monitoring en review

Zowel de monitoring als de review moeten gepland worden: dit kan periodiek ad hoc gebeuren.

De verantwoordelijkheden voor de monitoring en de review moeten duidelijk bepaald zijn.

De resultaten van de monitoring en de review moeten vastgelegd worden en extern en intern gerapporteerd worden.

 

Advertentie

Risicogebaseerd denken in ISO 14001:2015

In september 2015 zijn de nieuwe edities van ISO 9001 en ISO 14001 gepubliceerd.

Deze ra-teambeide normen zijn op een identieke manier gestructureerd: de zogenoemde “High Level Structure” (HLS).

Wat is HLS?
De term refereert aan het initiatief dat ISO in 2008 heeft genomen om een ‘structuur op hoofdlijnen’ voor de managementsysteemnormen te ontwikkelen. Zoals de naam aangeeft was dit initiatief in eerste instantie bedoeld om een identieke hoofdstukstructuur vast te stellen, zodat alle managementsysteemnormen dezelfde volgorde en onderlinge samenhang in de beschrijving van de systeemelementen zouden gaan hanteren. Naderhand is deze structuur verder uitgewerkt naar (sub)paragrafen en zijn gemeenschappelijke kerneisen, termen en definities ontwikkeld.high-level-structure

Risicogebaseerd denken als kerneis binnen de HLS

Een van de kerneisen voor zowel ISO 9001 als ISO 14001 is dat er risicogebaseerd moet worden gedacht in het opzetten en beheren van het managementsysteem. In de introductie van de ISO 14001 wordt “Common Approach”, en “Risk Based Thinking” in één zin genoemd, in relatie tot een mogelijke integratie met andere beheerssystemen.

Risico gebaseerd denken verzekert dat risico’s worden beschouwd doorheen het hele management systeem. Door risico gebaseerd te denken zullen risico’s en kansen op een gestructureerde wijze aangepakt worden

ISO 14001:2015 heeft het expliciet over risicogebaseerd denken, en niet over risicomanagement.

Waar wordt naar risico/kans verwezen in de ISO 14001: 2015?

  • Introductie – Het concept van risicogebaseerd denken is er gelinkt met de mogelijke integratie met andere managementsystemen.
  • Bepaling 3: Begrippen en definities: bij de verklaring van het begrip milieubeheerssysteem wordt referentie gemaakt naar het aanpakken van risico’s en kansen. In deze zelfde bepaling wordt het begrip “Risico” omschreven als een effect van onzekerheid of als een mogelijke negatieve effect – bedreiging.
  • Bepaling 6: Planning: De organisatie moet gedocumenteerde informatie hebben over de risico’ s en kansen, die moeten worden aangepakt. Bij de opmaak van het actieplan moet rekening gehouden worden met de geïdentificeerde risico’s en kansen. Deze risico’s en kansen kunnen verwant zijn met de milieu aspecten, met de nalevingsverplichtingen, of met andere problemen of andere behoeften en verwachtingen van de betrokken partijen.
  • Bepaling 9: In de “management review”  moet de organisatie mogelijke veranderingen in de risico’s en kansen beschouwen.

Het is dus vooral in de bepaling rond de planning (6) waar de risico’s en kansen zullen worden beschouwd. Het is de algemene opzet van deze bepaling om er voor te zorgen dat de organisatie in staat is om de beoogde resultaten van zijn milieubeheerssysteem te bereiken, ongewenste effecten worden vermeden of beperkt en er een continue verbetering wordt bereikt. De bedoeling van de norm is dus, dat dit wordt verwezenlijkt door eerst de risico’s en kansen te gaan bepalen en deze dan aan te pakken.

De contextanalyse in hoofdstuk 4 van ISO 14001 is er daarom niet voor niets: het is een van de bronnen om de planning te voeden.

management-school-3-1524193

En hoe pakt me deze risico’s en kansen nu best aan?

Het aanpakken van de risico’s:

ISO 14001:2015 schrijft geen risicomethodologie voor. Organisaties zijn vrij om hun eigen aanpak te kiezen.

Mocht men voor een meer formele aanpak kiezen, dan zou men zich kunnen baseren op de ISO 31000 (Risk management: Principles and guidelines). Deze standaard biedt een kader en proces om risico’s te beheren van organisaties, hoe groot of klein deze ook mogen zijn. Let op! Dit gaat dus over risicobeheer (Risk Management) en niet over risicobeoordeling (Risk Assessment). Wij zullen in een latere blog even dieper ingaan op het feitelijke principe van het Risicobeheer van een organisatie.

Eens de organisatie de risico’s en de kansen heeft bepaald, moet er beslist worden, hoe deze zullen worden aangepakt. De voorgestelde acties zullen moeten worden afgewogen op de mogelijke gevolgen van het risico of de kans op de mogelijkheid van de organisatie om de gestelde doelen van het milieubeheerssysteem te bereiken.

Dit kan inhouden om het risico te vermijden, de bron te elimineren, de waarschijnlijkheid beïnvloeden of de consequentie of zelfs het risico delen kan een optie zijn. Het erkent ook dat niet alle risico’s moeten aangepakt worden!

Welke zaken zijn nu belangrijk om de risico’s en kansen op een degelijke manier in de planning te beschouwen om zo deze risico’s en kansen succesvol aan te pakken?

Hiervoor verwijzen we naar een volgend artikel, waarin we gaan uitleggen hoe men best een planning opmaakt, die de verwachtingen van de ISO 14001 kan invullen en zo een efficiënt middel binnen het milieubeheerssysteem kan zijn.

Risico’s van mechanische ontstekingsbronnen: Het wetgevend kader

De Atex wetgeving:

ATEX staat voor de Franse benaming ATmosphères EXplosibles en wordt als synoniem gebruikt voor twee Europese richtlijnen op het gebied van explosiegevaar onder atmosferische omstandigheden.explosion

De eerste richtlijn is er een waaraan organisaties moeten voldoen sinds 1 juli 2003, als zij over ruimten beschikken, waar een explosiegevaarlijke atmosfeer kan bestaan. Dit is de ATEX 153-richtlijn (richtlijn 1999/92/EG); gebaseerd op artikel 153 (vroeger artikel 137) van het TFEU (Treaty on the Functioning of the European Union).

De tweede richtlijn is de ATEX 114-richtlijn (richtlijn 2014/34/EU). De wettelijke basis voor deze richtlijn is voorzien door artikel 114 van het TFEU (ex-Artikel 95 van het EC Treaty). Deze richtlijn doelt op de apparatuur, die gebruikt wordt op de plaatsen waar mogelijks explosiegevaar kan zijn.

De eerste richtlijn is een “Sociale richtlijn”: heeft te maken met de bescherming van de werknemer, die worden tewerkgesteld in een omgeving waar mogelijks een explosiegevaarlijke atmosfeer kan ontstaan.

De tweede richtlijn is een “Economische richtlijn”: heeft te maken met producten en/of apparaten en het vrije verkeer ervan in de EU. Deze richtlijn verplicht producenten van

Welke richtlijn verplicht ons nu dat de mogelijke risico’s van mechanische ontstekingsbronnen moeten worden bepaald?

In feite staat dit niet zwart/wit in één van de twee richtlijnen maar moet dit geïnterpreteerd worden uit deze richtlijnen.

atex-symbolDe ATEX 114 richtlijn bepaalt dat alle, sinds 30 juni 2003 in de handel gebracht producten, die worden gebruikt in een explosieve omgeving, moeten gecertificeerd en gelabeld worden, dat deze kunnen en mogen gebruikt worden in een omgeving waar een specifieke explosiegevaarlijke atmosfeer kan heersen. Het certificaat en het label vertelt welke deze specifieke explosiegevaarlijke atmosfeer kan zijn (stof, gas; temperatuurklasse; zone; soort damp/gas,….). De ATEX 114 is niet alleen van toepassing op elektrische apparatuur, maar ook op mechanische apparatuur.

De ATEX 153 richtlijn bepaalt onder andere dat iedere organisatie een explosieveiligheidsdocument moet maken. Deel van dit explosieveiligheidsdocument eist dat er een risicoanalyse gebeurt naar het mogelijke explosiegevaar binnen de onderneming. Deze risicoanalyse impliceert natuurlijk dat alle mogelijke ontstekingsbronnen worden beschouwd. Voor de mechanische ontstekingsbronnen van de toestellen, die zich in de gezoneerde gebieden bevinden, kan men zeggen dat deze onder controle zijn, als het certificaat bevestigd dat het toestel kan gebruikt worden binnen een gegeven zone. Dit geldt zo voor de toestellen, die geleverd zijn na 30 juni 2003, aangezien voor deze een certificaat/markering bestaat.atex-label

Voor de toestellen, die vóór deze datum zijn geleverd, bestaat zo’n certificaat niet. Dus moet de werkgever zelf voor deze risicoanalyse zorgen.

Welke materialen vallen onder deze richtlijn?

Algemeen kan gesteld worden dat vele “simple” mechanische producten niet onder de scope van de richtlijn 2014/34/EU vallen omdat zij geen eigen ontstekingsbron hebben (zie sectie § 41 van de richtlijn). Voorbeelden van dergelijke producten zijn: handgereedschappen zoals hamers, moersleutels, zagen, ladders.

DUS: er moet een ontstekingsanalyse gebeuren op alle apparatuur, die een eigen ontstekingsbron heeft. Toestellen, die geleverd werden vóór 30 juni 2003, moeten het voorwerp zijn van een analyse door de werkgever. Toestellen, die na die datum zijn geleverd moeten voorzien zijn door de fabrikant van een certificaat en een identificatie, die aangeven in welke zone het toestel mag gebruikt worden.

Hoe een dergelijke Risicoanalyse ivm de mechanische ontstekingsbronnen wordt gedaan zullen we in een latere blog uit de doeken doen.

De Menselijk Factoren in Risicoanalyses

De conclusie van nagenoeg ieder ongevalsonderzoek is dat ‘de menselijke factor’ een belangrijke rol heeft gespeeld bij het kunnen plaatsvinden van het ongeval.

We weten dat de mens nu eenmaal niet onfeilbaar is. Mensen maken fouten. Deze fouten kunnen bewust of onbewust gemaakt worden. Algemeen noemen we dit het menselijk falen.

Naast het menselijke falen moet er natuurlijk ook een gevaar aanwezig zijn opdat het ongeval zou kunnen plaatsvinden. Zo’n gevaar wordt een latent gevaar genoemd: een latent gevaar (relevant hazard) is een gevaar dat in beginsel aanwezig is en dat zou moeten geïdentificeerd worden tijdens de risicoanalyse.

 Hoe gaan we nu te werk om een risicoanalyse te maken, rekening houdend met de menselijke factoren? (Human Factor based Risk Assessment)

Er zijn verschillende theorieën, die kunnen helpen bij het bepalen van de mogelijke menselijk factoren in een risicoanalyse, maar meestal vertrekt men van een standaard taakrisicoanalyse, waar bovenop dan de mogelijk menselijke factoren worden beschouwd. Hoe een goede taakrisicoanalyse kan gemaakt worden zullen we in een volgende blog beschouwen, maar algemeen kan men stellen, dat een taakrisicoanalyse de risico’s beschouwt bij iedere stap van een taak.

Om de menselijke factoren te bepalen baseert Salutem EHS zich op de theorie van Prof. James Reason. Deze theorie ligt ook aan de basis van een methode om het menselijke falen van een vliegtuigcrew te onderzoeken: “Crew Resource Management” (dit is een beheerssysteem, om de veiligheid te promoten en de efficiëntie te vergroten van vluchtoperaties).

cockpit-safety

Volgens de theorie van Prof. James Reason kan het menselijk falen in 4 categorieën worden onderverdeeld:

Lapse Een werknemer kan onbedoeld een handeling verrichten door even niet op te letten of afgeleid te worden.

De aandacht die even afgeleid is of afgewend is: Bij stap 9 van uw 25-stappen start-up procedure gaat de telefoon over en je antwoordt. Nadien ga je terug naar uw taak, maar je bent vergeten waar je was in de sequentie. Je mist stap 10 and 11 en je gaat direct naar stap 12. Laat nu stap 10 en 11 belangrijke veiligheidsmaatregelen zijn.

Slip Een werknemer kan onbedoeld een fout maken.

Een simpele, frequent uitgevoerde fysische actie gaat verkeerd. Je reikt naar de “knop A” (die de bediening is om de takel te laten stijgen), maar je drukt in de plaats de “knop B” (de bediening om te zakken).

Mistake Een werknemer voert een handeling volgens plan uit maar het plan is fout.

Een fout maken doordat men niet helemaal begrijpt hoe iets werkt. Of een diagnose- of planningsfout maken

Violation Een opzettelijke schending van de regels en/of procedures.

Een werknemer doet bewust iets verkeerd omdat men meent dat de gevolgen (voor hem of haar) beperkt zullen blijven of zelfs wenselijk zijn

 Hoe gaan we nu te werk om een risicoanalyse te maken, rekening houdend met de menselijke factoren? (Human Factor based Risk Assessment)procedures

Eerste stap is om bij iedere deeltaak de aanwezige latente gevaren te identificeren en vast te stellen wie wat kan blootgesteld worden aan dit gevaar

Tweede stap is nagaan wanneer het gevaar actief zou kunnen worden.

Derde stap is dan de moeilijkste: mogelijke scenario’s voorstellen waarbij het gevaar effectief schade kan aanrichten (scenario bepalen voor een mogelijk ongeval). Bij deze stap wordt dan bepaald welke de menselijke factoren zouden kunnen zijn opdat het ongeval zou kunnen voorvallen. Deze menselijke factoren worden dan in 1 of van de 4 bovenstaande categorieën geklasseerd.

Gebaseerd op het bovenstaande moeten dan de beheersmaatregelen worden bepaald. Het spreekt voor zich dat vooreerst moet gekeken worden om het latente gevaar te gaan beperken of weg te nemen.

Een verdere beheersing gebeurt dan door de menselijke factoren te gaan beïnvloeden. Voorbeelden van verbeteracties zouden kunnen zijn:

Bij een lapse: de operator een “ticklist” geven zodat hij iedere stap, die hij uitvoert aanduidt. Wanneer hij dan gestoord wordt en nadien zich terug aan zijn taak begeeft, kan hij makkelijk zien tot welke stap hij is gekomen.

start-stop-bedieningBij een slip: aandacht voor de ergonomie van de bedieningen: een bedieningsknop om te stijgen zet men bovenaan, één om te dalen onderaan. Heb aandacht voor de kleuren (groen = START, rood = STOP). Maak acties corrigeerbaar: wanneer de operator op de verkeerde knop zou drukken zou hij op een eenvoudige manier zijn fout moeten kunnen corrigeren, door simpelweg op de juiste knop te drukken. (Dit heeft ook te maken met de mogelijke afwendbaarheid van het risico)

Bij een mistake: Heb aandacht voor de communicatie.Maak een plan, toets een plan en communiceer het plan. Bij niet alledaagse activiteiten is het intern vergunningssysteem van de onderneming hier een uitermate geschikt hulpmiddel voor.

Violation: Heb aandacht voor wat binnen de onderneming aan het spelen is. Probeer één en ander te achterhalen met bijvoorbeeld een “Safety Culture Survey”. Zorg voor de gepaste supervisie op de vloer. Voer spotchecks uit; maar kijk ook hoe men positief/goed gedrag zou kunnen belonen.

Belangrijk is om op de juiste momenten in dit proces het risico te gaan wegen (wat is het origineel risico, wat is het risico met de bestaande beheersmaatregelen, wat is het risico met de voorgestelde beheersmaatregelen in voege.

Is één en ander nog niet  helemaal duidelijk, of had je graag verdere informatie of hulp, contacteer ons dan via het contactformulier.

ISO 14001: Context van de organisatie

Met de publicatie van de recente versie van de milieusysteemnorm ISO 14001 in 2015, zijn er een aantal belangrijke wijzigingen aan deze norm aangebracht.

Met één van deze wijzigingen wordt nu vereist dat de interne en externe context van de organisatie wordt bepaald.

De context van de organisatie is de omgeving waarin de organisatie zich bevindt ten aanzien van het milieu: wie of wat beïnvloedt het beleid van de organisatie ten aanzien van het milieu.

De bepaling van deze context gebeurt best op een gestructureerde manier: de “contextanalyse”.

Tot hier alles duidelijk, maar hoe doen we nu zo’n “contextanalyse”?

Een antwoord op deze vraag blijkt niet eenvoudig of eenduidig.

Toen we voor het eerst met deze vraag in aanraking kwamen en dus op zoek gingen naar een antwoord, werden we geconfronteerd met veel informatie,… heel veel informatie. Echter, een duidelijk recept van hoe zo’n contextanalyse kan gebeuren was niet te vinden.
swot-analysisVeelal wordt verwezen naar “SWOT”- en “PEST(EL)” analyses.

Ook wij hebben geprobeerd om deze methodes te gebruiken, maar al vlug moesten we vaststellen dat de bekomen resultaten veelal niet relevant waren, of dat belangrijke, evidente informatie niet uit de analyse kwam.

pestel-analysis

Uiteindelijk zijn we het antwoord gaan zoeken in de norm.


Wat zegt de norm nu zelf?

De eis tot bepaling van de context van de organisatie wordt omschreven in:

  1. Context of the organisation

            4.1 Understanding the organization and its context

            The organisation shall determine external and internal issues that are relevant to its purpose and that affect its ability to achieve the intended outcomes of its environmental management system. Such issues shall include environmental conditions being affected by or capable of affecting the organisation.

4.2 Understanding the needs and expectations of interested parties

The organisation shall determine:

  1. The interested parties that are relevant to the environmental management system;
  2. The relevant needs and expectations (i.e. requirements) of these interested parties;
  3. Which of these needs and expectations become its compliance obligations;

Als het bovenstaande wordt vertaald naar duidelijke acties, bekomt men:

Volgens 4.1:

We moeten de organisatie en de context waarin deze zich bevindt begrijpen. Daartoe moeten we de externe en interne factoren bepalen, die

  1. relevant zijn aan het doel van het milieubeheerssysteem
  2. het vermogen kunnen beïnvloeden om de beoogde resultaten van het milieubeheersysteem te bereiken,

Volgens 4.2:

Om de noden en verwachtingen van de belanghebbenden te begrijpen, gaan  we het volgende bepalen:

  1. wie zijn de belanghebbenden, die relevant zijn voor ons milieubeheerssysteem?
  2. wat zijn hun noden en verwachtingen?
  3. welke van deze noden en verwachtingen zijn nalevingsvereisten?

Gebaseerd op het bovenstaande, hebben we een tabel gemaakt, die de basis vormt voor onze contextanalyse:

Factor Relevantie (4.1.1 en 2) Belanghebbende (4.2.1) Behoeften en verwachtingen van de belanghebbende (4.2.2) Nalevings-verplichting?

(4.2.3)

Wanneer er behoeften of verwachtingen zijn, die blijken onvoldoende vervuld te zijn of onvoldoende geborgd te zijn in ons milieubeheerssysteem, moet daarnaast een verbeteractie geformuleerd worden.

En… eigenlijk is dit het.

In “6. Planning” wordt onder andere omschreven wat met de resultaten van deze contextanalyse verder moet gebeuren. Er moet ook bepaald worden of de verbeteracties een risico of een kans inhouden.

Hoe de risico- en kansbepaling moet gebeuren en welke de andere zaken zijn, die in de planning moeten meegenomen worden, zullen we in een latere blog verder bespreken.

 

Zoekt u alvast hulp om de contextanalyse voor uw organisatie te maken, neem dan contact op via onze contactpagina. Wij zijn ervan overtuigd dat we u op de gepaste manier kunnen helpen!

Hazop Studie

De HAZOP studie (Hazard and Operability Analysis), is dé Risico Analyse methode om procesafwijkingen, die leiden tot vrijzettingen,  te identificeren en te evalueren.

refinery-hazopDe mogelijke vrijzettingen, die onderzocht worden, zijn vrijzettingen van product (lekken, ongeoorloofde emissies,…) en vrijzettingen van energie (brand, explosie,…). Dit betekent dat een Hazop wordt uitgevoerd op processen waar ten minste èèn fluïdum bij betrokken is.

Idealiter wordt de Hazop uitgevoerd wanneer een gedetailleerde design beschikbaar is (volledige P&ID voorhanden).

Bij belangrijke wijzigingen worden in het kader van het MoC-beleid van de onderneming (Management of Change) ofwel de originele Hazop studie herzien, of wordt een nieuwe studie gedaan.

Op basis van de HAZOP kan er worden bepaald welke betrouwbaarheid een beveiligingssysteem moet hebben. De bepaling van de betrouwbaarheid van de beveiligingssystemen zal rechtstreeks gaan bepalen welke SIL Classificatie het systeem moet hebben.

Hazopstudies worhazop-imageden uitgevoerd door een team, dat de verschillende operationele disciplines, die met het proces te maken hebben, vertegenwoordigt ( productie, onderhoud, techniek, engineering, EHS,…). De studie wordt geleid door een “Hazopleider”.
De kwaliteit van de Hazop wordt evenredig bepaald door de kwaliteit van het team. Het vermogen van de voorzitter om het team buiten de gebruikelijke denkpatronen te laten denken, zijn essentieel voor het gewenste resultaat van de HAZOP studie. Een Hazopleider moet naast een sterke technische kennis ook het vermogen hebben om het team gefocust te houden en de discussies binnen de context van de studie te beperken.

Het mag nooit de bedoeling zijn om in een Hazopstudie de design terug volledig te herontwerpen.

Salutem kan voor uw Hazopstudie deze ervaren “Hazopleider” voorzien en kan ook voor de juiste rapportage zorgen. Voor de rapportage wordt het Pha Pro programma gebruikt van Sphera.

pha-pro_print